Iedereen betaalt belasting. Maar hoeveel betalen we? En waarvoor eigenlijk? Een feuilleton in vijf delen. Deel 2: box 2 en vennootschapsbelasting
Heb je een binnen- of buitenlandse vennootschap (NV, BV, Ltd., Inc., GmbH, BVBA, Sarl, …)? Dan is de kans groot dat je in box 2 belasting moet betalen op je ‘inkomen uit aanmerkelijk belang’. Je betaalt alléén belasting als je (eventueel samen met je fiscaal partner) 5% of meer van het aandelenkapitaal hebt. Ook als je opties hebt die je het recht geven op 5% of meer van de aandelen, moet je dat opgeven in box 2. Belasting betaal je over dividenden, andere vormen van winstuitkering en natuurlijk winst op de verkoop van jouw aandelen.
Als we ons beperken tot directeur-grootaandeelhouders (dga’s) die salaris krijgen van hun Nederlandse BV, betalen zij inkomstenbelasting in box 1 over dat salaris (tegen het progressieve tarief) en 26,9% IB in box 2 over de winstuitkeringen. Daarnaast betaalt de BV nog vennootschapsbelasting (Vpb) over de winst. Tot € 200.000 bedraagt het Vpb-tarief 19% (in 2022: € 395.000 en 15%!) en over het meerdere wordt 25,8% ingehouden (percentage gelijk aan dat van 2022).
Om te stimuleren dat dga’s hun winst (deels) als dividend uitkeren, ligt er een voorstel op tafel om de box 2-heffing in 2024 te wijzigen: over de eerste € 67.000 aan box 2-inkomen gaat het tarief dan omlaag naar 24,5%, over alles erboven gaat het tarief omhoog naar 31%. Voor 2022 is de gecombineerde belastingdruk van Vpb en box 2 ongeveer 37,9%, voor 2023 ongeveer 40,8% bij het lage Vpb-tarief. Als box 2 ook met lage en hoge heffingen gaat werken, bedraagt de gecombineerde belastingdruk minimaal 38,8% en maximaal 44,1%. De winst die belast wordt tegen het hoge Vpb-tarief (25,8%) komt de gecombineerde belastingdruk zowel in 2022 als in 2023 uit op ongeveer 45,8%. Als de voorstellen voor box 2 worden aangenomen, wordt de gecombineerde belastingdruk in 2024 minimaal 44% en maximaal 48,8%. Een prettige bijkomstigheid is dat voor fiscaal partners box 2-inkomen een ‘gemeenschappelijke inkomensbestanddeel’ is. Door de aangifte fiftyfifty te verdelen in de IB-aangifte zouden ze straks de winst tot maximaal twee keer het lage box 2-tarief kunnen laten uitkeren.
Vpb en box 2 (2022-2024)
2022 | 2023 | 2024 | |
schijfgrens box 2 | - | - | € 67.000* |
schijfgrens Vpb | € 395.00 | € 200.00 | € 200.00 |
box 2 | 26,9% | 26,9% | 24,5% (laag)* |
31% (hoog)* | |||
Vpb (laag) | 15% | 19% | 19% |
+ box 2 | 37,9% | 40,8% | 38,8% (box 2 laag)* |
44,1% (box 2 hoog)* | |||
Vpb (hoog) | 25,8% | 25,8% | 25,8% |
+ box 2 | 45,8% | 45,8% | 44% (box 2 laag)* |
48,8% (box 2 hoog)* |
* kabinetsvoorstel
Wijzigingen voor dga’s in 2023
■ Werk je voor je eigen BV, dan moet je jezelf een ‘gebruikelijk loon’ uitkeren. Dit is om te voorkomen dat iemand zichzelf heel weinig salaris toekent en zo inkomensafhankelijke sociale premies niet hoeft te betalen en ten onrechte inkomensafhankelijke toeslagen krijgt. Om vast te stellen hoe hoog dat gebruikelijke loon dan wel moet zijn, wordt onder andere gekeken naar iemand met de meest vergelijkbare dienstbetrekking verdient. Tot en met 2022 kon het gebruikelijk loon op 75% van dat referentieloon worden afgetopt. Dat verschil van 25%, de ‘doelmatigheidsmarge’, wordt per 2023 afgeschaft waardoor het gebruikelijke loon in veel gevallen hoger worden.
■ Sinds 1 januari 2017 werd een uitzondering gemaakt voor dga’s van innovatieve startups. Zo kon de dga het belastbaar loon vaststellen op het minimumloon, waardoor er meer geld beschikbaar blijft voor de startup om te kunnen groeien. Die regeling is in 2023 komen te vervallen.
■ ‘Excessief lenen’ bij de eigen BV is beperkt. Vanaf 2023 moeten aanmerkelijkbelanghouders inkomstenbelasting in box 2 aftikken over leningen van de eigen vennootschap boven € 700.000. Er geldt een uitzondering voor eigenwoningschulden.
Biertje?
Wil je ons helpen? Stuur dan je vrienden een link naar de site of onze social-mediakanalen, of trakteer ons op een biertje. Of, waarom niet, doe het gewoon allebei!